Verslonden door boeken

Door: Simone Paauw

Is het een verlangen naar wijsheid, een onuitroeibare verzameldrang, een manier van uiten, een eigenaardige hobby, een vorm van status, een verslaving of opschepperij? Sommige mensen verzamelen zoveel boeken dat hun huis ervan uitpuilt, hun banksaldo in gevaar komt en partners stevig aan de rem moeten trekken.

Bibliofiel. Het woord klinkt als een enge ziekte. Nog erger, als een psychiatrische stoornis, klinkt de benaming bibliomaan. Toch zijn deze afwijkingen, hoewel ongeneeslijk, vooral gevaarlijk voor de portemonnee en soms voor de funderingen van het huis waarin de boekengek woont. Bibliofielen zijn mensen met een grote liefde voor boeken en die zich er desnoods arm aan kopen. Wijlen Boudewijn Büch, zelf een boekenverslaafde, omschreef het als een beroep: ‘Bibliofiel is een beroep dat 24 uur per dag duurt, maar helaas wordt een bibliofiel nooit uitbetaald; hij moet gedurig kromliggen en zich van alles ontzeggen.’ Waar deze categorie boekenverslaafden gerichte keuzes maakt bij het aanschaffen van boeken, is de bibliomaan als een ongeleid projectiel. Hij koopt zonder overleg of overweging en stapelt zijn hele woning vol met boeken die hij nooit zal lezen.

Boekenverzamelaar in hart en nieren Andreas van der Velde (37) vertelt dat hij zich graag omringt met boeken als een vorm van ontspanning. ‘Een volle kamer met boeken vind ik prettig, omdat ik daardoor mijn hoofd kan leegmaken. Mijn eigen boeken gaan over dingen waar ik zelf veel over nadenk. Mijn hoofd zit vol gedachten, associaties, betekenissen, beelden, dromen en kronkels en soms vind ik die verwoord terug in een boek. Dan koop ik het meteen, al is het maar om één alinea. Ik vind het een geruststellende gedachte dat mijn hersenspinsels op papier staan. Dat ik niet de enige ben die zo denkt. Ik koop vooral boeken over verschillende wereldreligies, psychoanalyse, filosofie, geschiedenis, zorg en welzijn. Als ik een boek opensla, gaat een wereld voor me open. Ik wil altijd meer weten.’

‘Ik ben vrijgezel en de enige die last heeft van het ruimtegebrek in mijn huis ben ik dus zelf’

Ook Selma Kers (34) is een liefhebber van boeken. In haar bovenwoning staan kasten vol uitgaven over kunst, tuin, natuur, fotografie en reizen. Ook leest ze graag romans. ‘Ik vind boeken heel mooi. Ze zijn heel tastbaar, je kunt ze vastpakken en aan anderen laten zien. Maar ik heb mijn boeken vooral voor mezelf. Soms ben ik wel bang dat anderen mij een opschepper vinden met mijn gevulde boekenkasten. Maar het is zeker niet mijn bedoeling te pochen. Ik heb graag informatie onder handbereik, zodat ik desnoods midden in de nacht iets op kan zoeken.’

Verregaande hobby

De Saksische predikant Johann Georg Tinius ging letterlijk over lijken voor zijn boekenverzameling. Hij pleegde twee roofmoorden en werd verdacht van het overvallen van postkoetsen. In 1813 werd hij gearresteerd en tot twaalf jaar tuchthuisstraf veroordeeld. Later schreef hij in een brief dat hij ook kerkgelden verduisterde om boeken van te kopen. Zijn verzameling telde ruim 17.000 boeken. Berouw toonde Tinius overigens nauwelijks; hij pleegde zijn misdaden immers om zijn verzameling te kunnen bekostigen. Tinius was niet de enige verzamelaar die het criminele pad op ging om zijn verslaving te betalen. Begin jaren zestig werd een Amsterdamse bibliomaan betrapt toen hij systematisch een encyclopedie uit een boekenwinkel stal. Hij nam iedere dag een deel mee naar huis. Bij huiszoeking trof de politie een zolder vol boeken aan. Allemaal ongelezen en ingepakt in oude kranten.

Hoewel hij geen moorden pleegt of boeken steelt, gaat ook Henk Hersevoort (44) ver in het verzamelen van boeken. Minimaal tienduizend exemplaren heeft hij in zijn huis in Wageningen. ‘Ik heb een uitgebreide collectie boeken met illustraties van Hans Borrebach (1903-1993), de tekenaar die duizenden boeken, tijdschriften en kranten van illustraties voorzag. Ook probeer ik alles te krijgen van Cissy van Marxveldt, bekend van de Joop Terheul-serie. Ik doe veel voor mijn hobby. Ik heb een eigen website over Van Marxveldt, ik ben lid van diverse clubs en ik ben vrijwel ieder weekend wel op een of andere boekenmarkt te vinden. Maar ik koop niet zomaar alles. Dat staat mijn budget ook niet toe. Het is meer dan alleen het verzamelen. Ik heb ondertussen een heel sociaal netwerk in het wereldje. Ik ontmoet veel fascinerende mensen. Maar bovenal lees ik heel graag en veel.’

‘Eén van mijn boeken kostte me 180 gulden’, vertelt Van der Velde. ‘Dat bedrag neertellen is het extreemste dat ik ooit heb gedaan voor het verkrijgen van een boek. Ik heb het trouwens nog steeds niet helemaal gelezen. Ik wilde het per se hebben vanwege één passage die mij enorm raakte. Ik heb ook eens twee dozen boeken uit het vuilnis gered. Dat was misschien ook wel extreem, want de titels hadden niet eens mijn belangstelling. De meeste heb ik weggegeven aan collega’s. Maar het is een principekwestie: boeken doe je niet weg. Dat is net of je een deeltje van jezelf weggooit.’

Kers: ‘Mijn boeken koop ik vooral tijdens mijn vele reizen of bij een bezoek aan het museum. Zo zijn ze allemaal een herinnering aan een gebeurtenis. Ik vind het fijn om door mijn boeken omgeven te worden vanwege het plezier dat ze me hebben gegeven bij het kopen en het lezen. Ik geef veel geld uit aan boeken, want ik wil alleen nieuwe boeken. Ik hou niet van tweedehands boeken, want gelezen boeken vind ik viezig. En bibliotheekboeken voldoen helemaal niet, omdat je die weer terug moet brengen.’

In de jaren tachtig moest schrijver en uitgever Martin Ros zijn boekendichtheid inperken van duizend naar tweehonderd exemplaren per vierkante meter. Zijn woning begon te verzakken. Bijna twintigduizend boeken vonden nieuw onderdak in de garage van schrijver Maarten ’t Hart. Ruimteproblemen komen vaak voor bij fanatieke verzamelaars. De Engelsman Richard Heber, die in de negentiende eeuw leefde, kocht maar liefst acht huizen om zijn 150.000 boeken kwijt te kunnen. John Wesley (1703-1791), Brits grondlegger van het methodisme, waarschuwde niet voor niets: ‘Pas op, dat gij niet door boeken wordt verslonden’.

‘Ik heb duizenden euro’s uitgegeven aan iets waar ik mijn hele leven plezier van heb’

Hersevoort: ‘Ik ben vrijgezel en de enige die last heeft van het ruimtegebrek in mijn huis ben ik dus zelf. Ik kan me voorstellen dat een eventuele latere vriendin niet zo zit te wachten op mijn passie. Het is echter te leuk om te kunnen stoppen. Het zoeken naar specifieke uitgaven is heel spannend. Soms duurt het jaren voordat ik eindelijk iets vind en dan moet ik proberen de prijs zo laag mogelijk te houden. Terwijl ik van binnen bijna explodeer van euforie. De mooiste boeken vind je op de gekste plekken. Zo werd ik volkomen verrast door een tweedehands boekenwinkeltje op Schiermonnikoog dat bijzondere exemplaren verkocht. De lusten zijn groter dan de lasten.’

Sinds Van der Velde groter woont, struikelt hij niet meer over de boeken. Toch moet hij zichzelf beperken. ‘Mijn vriendin stoort zich er soms aan dat de boekenkasten zoveel ruimte innemen en dat ik vrij veel geld uitgeef bij antiquariaten. Daarom ben ik nog selectiever geworden. Alhoewel… sinds de geboorte van mijn dochtertje koop ik veel kinderboeken die ik vroeger las. Zelf heb ik minder problemen met het kopen van veel boeken dan bijvoorbeeld met het kopen van een auto. Die auto roest na tien of twintig jaar weg, terwijl mijn boeken over vijftig jaar nog steeds bestaan. Ik heb duizenden euro’s uitgegeven aan iets waar ik mijn hele leven plezier van heb.’

Kers: ‘Ik probeer mezelf zeker te beperken. Als ik werkelijk alles koop dat mij aanspreekt dan is het einde zoek. In de winkels is zoveel interessants te koop, maar ik wil het ook daadwerkelijk lezen. Anders is het zonde van mijn geld. Zoals Boudewijn Büch verzamelde, vind ik echt fascinerend. Hij zocht net zolang naar een bijzonder exemplaar tot hij het vond in een antiquariaatje in een gehucht aan de andere kant van de wereld. De hele wereld afreizen vanwege zo’n passie is echt fantastisch.’

De complete verzameling van Boudewijn Büch werd in 2004, twee jaar na zijn overlijden, geveild. Dat gebeurt met veel particuliere verzamelingen. Slechts uitzonderlijke verzamelingen belanden bij een bibliotheek of een museum. Naverwanten moeten vaak teleurgesteld vaststellen dat de collectie lang niet zo waardevol is als verondersteld. De gedachte aan wat er na het sterven met de verzameling gebeurt, is bijna ondragelijk voor degene die met hart en ziel verzamelt. Toch moeten veel verzamelaars het juist hebben van boeken die na het overlijden van mensen in de handel terechtkomen. Hersevoort: ‘Aan het aanbod op boekenmarkten en bij antiquariaten merk je dat generaties op een zeker moment uitsterven. Nu komen boeken uit de jaren vijftig veel op de markt, omdat mensen die toen boeken kochten nu dood gaan. Door deze generatiegolven maak ik wel eens mee dat een boek dat ik al tien jaar zoek opeens heel vaak opduikt. Dan lijkt het boek ineens veel minder speciaal.’

Afstudeerartikel
augustus 2006
Wat is nu eigenlijk het verschil tussen een verzameling en een heleboel boeken? In een echte verzameling hebben de boeken een onderling verband. De verzamelaar zoekt boeken die hem fascineren. Dat kunnen boeken zijn over de schaaksport, eerste drukken van literaire uitgaven, alle dagboeken van Anne Frank in zoveel mogelijk talen en allerlei minder voor de hand liggende variaties. Pas als de boeken een weloverwogen en samenhangend geheel vormen is er sprake van een verzameling.
De ene boekenverzameling is de ander natuurlijk niet. Als het iemand puur om een op het oog indrukwekkende boekenkast gaat, kan hij net zo goed een voorraad mooie en veel goedkopere lege boekomslagen aanschaffen. Als het echter werkelijk een bijzondere collectie is, kan het bij verkoop veel geld opleveren. De collectie eerste drukken van onder andere Homerus, Aristoteles, Petrarca, Don Quichote en Alice in Wonderland van de Amerikaanse jurist Louis Silver bracht na zijn overlijden in 1962 meer dan 2,7 miljoen dollar op. Zelf besteedde hij ruim 1,5 miljoen dollar aan de verzameling.