Interview: Leon Verdonschot

‘Op iets beters wacht je niet, daar werk je naartoe’

Simone Paauw

Journalist Leon Verdonschot (1973) gaat het voor de wind. Hij schrijft voor bladen als Nieuwe Revu, Playboy en De Groene Amsterdammer, presenteert wekelijks het programma Oeverloos van Kink FM en voor de VPRO presenteerde hij de Nationale Wetenschapskwis en interviewde hij Iggy Pop voor het programma Wereldgasten. Volkskrant Magazine noemde hem in het eerste nummer van het nieuwe jaar één van de potentiële stijgers in 2007. Ondanks alle drukte, maakte Verdonschot graag tijd voor een interview met Vers in de Pers. Wat kun je als startende journalist doen om net zo’n succesvolle loopbaan te krijgen?

Hoe komen beginnende journalisten aan een leuke baan?

‘Door niet te wachten tot ze beginnend journalist zijn, maar al tijdens hun studie de prioriteit bij werkervaring te leggen, desnoods boven studieresultaat. En door zich niet te laten afschepen met de troostprijs op stagegebied. Veel eerste banen komen voort uit stages, dus kies die stageplekken met veel zorg uit, en zorg dat je daar opvalt. In positieve zin, welteverstaan.’

Open sollictaties of reageren op een vacature? en hoe dan?

‘Allebei, waarom niet? Met een kordate, korte, zelfverzekerde brief en je twee beste verhalen erbij.’

Hoe val je als beginnende journalist op bij een potentiële werkgever?

‘Door er voor te freelancen, en je dan de Ideale Freelancer te tonen. Dat betekent: Onberispelijk. Altijd op tijd, altijd bereikbaar, verhalen van de afgesproken lengte waar de eindredactie geen werk meer aan heeft. Zorg voor de puntjes op de i: sommige bladen gebruiken bij citaten enkele aanhalingstekens, sommige dubbele. Lever bij een blad met dubbele nooit een verhaal met enkele in. Lijken details, maar het zijn de bewijzen van zorgvuldigheid, en daar houden eind- en hoofdredacteuren van.
Opvallend onopvallend. Hoofdredacteuren houden niet van gezeur, dat hebben ze de hele dag al aan hun hoofd. Dus bel of mail alleen als je iets te melden hebt, niet om te laten zien dat je nog leeft. Dat merken ze vanzelf wel, als het goed is. Toon je principieel en vasthoudend waar het halszaken betreft (inhoud van je verhalen, autorisatie, etc) en volkomen flexibel op alle andere terreinen (verschuivende deadlines, spoedklussen, wijzigingen van plaatsingsdatum, etc).
Ideeënrijk. Dien niet de hele tijd twaalf ideeën in waarvan je zelf toch al weet dat de helft wordt afgewezen, alleen maar om te laten zien dat je die ideeën wel hebt. Niks zo irritant als journalisten die tijdens een brainstorm ieder idee inleiden met “Waarschijnlijk is het niks, maar…” Als het waarschijnlijk niks is, hou het dan voor je.’

Ervaring opdoen in een lullig baantje of wachten op iets beters?

‘Op iets beters wacht je niet, daar werk je naar toe. Als je dat lullig vindt, ligt het aan jezelf: zorg maar dat je het ontlulligt door heel goed werk te leveren. Maar! Werk nooit voor niets. Al krijg je maar een dubbeltje per woord, je levert kwaliteit en die kwaliteit kost iets, zo simpel is het. Laat je niet afschepen met “We bieden je een kans ervaring op te doen of we bieden je een podium”, etc. Degene die dat roept, krijgt zelf altijd wel betaald, dus waarom jij niet?
En trap ook niet in de verhalen over dat eerste nummer waarvoor nog geen budget is, maar later, als het blad geld gaat opleveren, dan komt er budget vrij voor freelancers, en dan blablabla. Als er bij het eerste nummer geen budget voor de schrijvers van de verhalen is gereserveerd dan deugt de begroting niet, dan deugt het blad niet en de makers ervan evenmin.
En: doe je iets alleen voor het geld (lees: schrijf je verkapte advertorials, want die huur moet ook voldaan), spreek dan af dat je naam er niet bijkomt, of neem een pseudoniem. Voor je het weet, levert een google-hit je tot het einde der tijdens een verwijzing naar een verhaal voor de Allerhande of het Opel Magazine op.’

Moeten beginnende journalisten zich specialiseren of juist niet?

‘Ja. En tegelijk allround inzetbaar zijn. Laat je specialisatie niet je beperking worden.’

Waar is volgens jou de meeste werkgelegenheid?

‘Als freelancer bij de bladen, vooral de vrouwenbladen, en bij de redacties van tv-programma’s. Ook bij websites natuurlijk, maar vaak onbetaald. In vaste dienst bijna nergens meer, dat is voorbij. Alleen bij de gratis kranten regeert de personeelsstop niet.’

*Netwerken of niet? en zo ja, hoe dan?

‘Ik heb er zo’n hekel aan dat ik het nooit heb gedaan, maar zou liegen als ik ontken dat het baat heeft. Maar ik blijf geloven dat je de borrels kunt mijden, als je gewoon kwaliteit levert en zorgt dat je je contacten goed onderhoudt. Een uur geborreld is uiteindelijk een uur niet gewerkt.’

Verscheen op www.versindepers.nl