‘Zelfs voor het redactiebureau van de enige krant in een niet al te kleine provincieplaats was de asbak te vol sigarettepeukjes. Er was hier een geheim consigne werkzaam, een aangemoedigd ritueel, waaraan zelfs het jongetje van de zetterij, de sproetige Pim, had te gehoorzamen. Men zei bijvoorbeeld: ‘Gooi hier maar in, Pim, alles beter dan op de vloer, jongen,’ – en dan deed Pim dat, wel enigszins vermoedend, dat hij ertoe bijdroeg werk te verschaffen aan het nieuwe typistetje Hannie. Voor het ledigen van de asbak had men natuurlijk de werkster, maar was de asbak tussentijds vol, dan deed men een plagerig beroep op Hannie, die dan zonder morren of morsen de asbak naar de W.C. droeg. Al een paar maanden verwachtte men, dat ze eens zou weigeren. Maar Hannie had te veel eerbied voor de krant, en voor mannen in het algemeen, vooral als heer geklede mannen, die zich met haar amuseerden zoals een ander een borrel dronk.’1
Op één na zijn alle fictieve journalisten uit de romans die ik gelezen heb, van de mannelijke sekse. Dit zou kunnen samenhangen met het feit dat het vak lange tijd inderdaad meestal door mannen werd uitgeoefend. Pas in de jaren zeventig groeide langzaam het aantal vrouwen in de journalistiek. Deze groei kwam mede doordat er vanaf die tijd meer mogelijkheden waren om parttime te werken. Bovendien mochten werkgevers hun vrouwelijk personeel bij de aanstelling niet meer laten verklaren hun baan op te zullen geven als ze trouwden. Halverwege de jaren tachtig groeide het aantal vrouwen op dagbladredacties substantieel van ruim tien procent in 1984 tot twintig procent in 1995 2. Uit onderzoek blijkt dat in 2000 de verhouding man versus vrouw binnen de gehele journalistiek ongeveer 66 versus 34 procent was3. Uit het afstudeeronderzoek van Suzanne van den Eynden blijkt dat in 2005 nog altijd relatief weinig vrouwen in de dagbladjournalistiek werkzaam zijn. Bijna 28 procent van de dagbladjournalisten is vrouw.4
De auteurs baseren hun keuze voor een mannelijke hoofdpersoon dus wellicht op het gegeven dat journalisten daadwerkelijk vaak mannen zijn. Toch zou je verwachten dat in de jaren negentig en in het begin van de 21ste eeuw meer hoofdpersonages vrouw zijn. In de romans lopen overigens niet altijd alleen maar mannen rond op de redactieruimte. Er zijn wel degelijk vrouwen te vinden, maar zij zijn meestal werkzaam als typiste, redactieassistente, mode- of cultuurredacteur. Kennelijk typische taken die een vrouw wel toevertrouwd kunnen worden. Overigens zijn er natuurlijk ook vrouwen en meisjes met journalistieke aspiraties. Dit wordt echter niet altijd serieus genomen door de gevestigde journalisten.
Noten
- Uit: Vestdijk, S., Vijf vadem diep, blz. 1, 1969
- Bron: Hagen, Piet, Journalisten in Nederland, hoofdstuk 9, ‘Vrouwen’, blz. 136-137. Opmerking: van de ruim zestig in dat hoofdstuk genoemde vrouwen had minstens eenderde (en mogelijk de helft) geen kinderen.
- Bron: www.dejournalist.nl (d.d. 06-12-2005), Dossiers Onderzoek naar Journalisten in Nederland, deel 1, door Mark Deuze. (Ook gepubliceerd in: De Journalist, 10 maart 2000)
- bron: Eynden, Suzanne, Dames eerst? Het effect van drie jaar reorganisaties en bezuinigingen op de positie van vrouwen in de dagbladjournalistiek, afstudeerscriptie Fontys Journalistiek, juni 2005.